Vissen

Er bestaan verschillende vis families die geschikt zijn voor kleine tot middelgrote aquaria. Hieronder enkele voorbeelden, al zijn er veel meer soorten geschikt voor uw aquarium.

Tetra’s en Zalmen

Dit is met alle waarschijnlijk de groep vissen die het meest gehouden word in het nano of gezelschapsaquarium. De meest gehouden soorten variëren in grootte van 1.5 tot 12 cm en worden in alle tropische en subtropische delen van de wereld in zoet water aangetroffen. Het betreft duizenden soorten, waarvan de meest geliefde grotendeels in gevangenschap gehouden en gekweekt worden, waardoor er ook reeds vele kleurmutaties ontstonden.

Enkele van de meest gehouden soorten zijn:

• Blauwe koningszalm (Inpaichthys Kerri), Tot 3.5 cm groot, diepblauwe scholenvis uit zuid Amerika.
• Chinese danio (Tanichtys albonubes), een tot 4 cm grote vis die in de bergrivieren in China voorkomt in scholen en bij lagere temperaturen gehouden kan worden.
• Galaxy rasbora (Celestichthys margaritatus), een dwerg van maximum 2 cm met felrode vinnen. Afkomstig uit Azië.
• Gouden danio (Celestichthys choprae), tot 4 cm groot, goudgeel van kleur met rode en blauwe iriserende kleuren, afhankelijk van de belichting. Leeft in grote groepen in Aziatische rivieren.
• Groene neon tetra (Paracheirodon simulans), de kleinere, tot 3 cm grote broer van de Kardinaal tetra.
• Hocky stick (Thayera boelkei), een tot 3.5 cm grote, koperkleurige scholenvis met een zwarte streep over het lichaam die tot het uiteinde van de onderste staartvin loopt. Een in groep levende soort uit zuid Amerika.
• Kardinaal tetras (Paracheirodon axelrodi), tot 4 cm grote scholende vis uit zuid Amerika. Het boven lichaam is fel blauw en de onderzijde fel rood. Kan best in grotere groepen gehouden worden.
• Keizertetra (Nematobrycon Palmeri) Lijkt op de Blauwe koningszalm, maar vertoond enkel een blauwe glans over het lichaam. Afkomstig uit Zuid Amerika. Ze worden tot 5 cm groot.
• Koper zalm (Hasemania nana), een oranjerood scholen vormend visje uit Azië, tot 3.5 cm groot.
• Luipaard danio (Brachydanio rerio), een staal blauw gestreepd visje, dat ook in een gestippelde vorm wordt gekweekt. Ook een albino en langvinnige vorm wordt gehouden. Afkomstig uit Azië, tot 3.5 cm groot. Opgelet, kan andere aquarium lastig vallen en in de vinnen bijten.
• Marmer bijlzalm (Carnegiella strigata), een uit zuid Amerika afkomstig oppervlakte visje, bijlvormig, tot 3.2 cm groot. Durft springen!
• Muskiet rasbora (Boraras brigittae), één van de miniaturen afkomstig uit Azië, hoofdzakelijk rood van kleur, tot max. 2 cm groot. Kan in goed beplante aquaria vanaf 30 liter gehouden worden. Steeds in groepjes van minimum 10 stuks houden, liefst meer omdat ze anders te schuw zijn.
• Neon groene rasbora (Microdevario kubotai), een fluo-groen visje tot 2 cm groot uit Azië. Steeds in groepjes van minimaal 6 stuks houden, liefst meer.
• Neon tetra (Paracheirodon innesi), lijkt op de Kardinaal tetra maar is meer geblokt van vorm en minder fel blauw. Steeds in groep houden.
• Rode potloodvis (Nannostomus beckfordi),  een leuk scholenvisje uit zuid Amerika, tot 3 cm groot met donkerrode vinnetjes. Typisch voor potloodvisjes is de kop staande houding die ze meestal aannnemen als ze naar voedsel zoeken.
• Roodneus zalm (Hemigrammus rodostomus), een tot 3.5 cm groot zilveren visje met diep rozerode kleur vooraan de kop. Afkomstig uit zuid Amerika, waar het in grote groepen samen leeft.
• Sumatraan (Barbus Tetrazona), een in gropen levende vis, tot 5 cm groot met een donkere zebra tekening en rode vinnen. Afkomstig uit Sumatra. Van deze soort zijn ondertussen verschillende kleurmutaties gekweekt. Kan best alleen met soortgenoten of grotere vissen worden samen gehouden omdat ze kleinere vissoorten durven lastig vallen.
• Vuurneon (Hemigrammus erythrozonus), een doorschijnend, tot 3 cm groot visje met een fel rode streep over de volledige lichaamslengte. Afkomstig uit zuid Amerika waar ze in grote groepen in rivieren leven.
• Enz….

Poeciliidae – levendbarene vissen

Een groep kleine vissen, die geen eieren leggen maar hun jongen levend baren. Hun natuurlijke leefgebied is het zuiden van de USA tot Centraal zuid Amerika.

Tot deze groep behoren onder andere de bekende soorten:

• guppy’s (Poecilia sp.), waarbij vooral de mannetjes grote mooie sluierstaarten krijgen en die voorkomen in de meest uiteenlopende kleuren en kleurvariaties.
• Mollies, platies en zwaarddragers (Xiphophorus sp.), een meer robuste vis dan de guppy die in verschillende kleur en kweekvormen verkrijgbaar is.

Labyrintvissen

Deze vissen danken hun naam aan het feit dat ze een labyrintorgaan bezitten, waarmee ze lucht kunnen ademen. Hierdoor kunnen ze in zuurstofarm water, zoals poelen leven en zich voortplanten. De verschillende soorten komen hoofdzakelijk voor in Azië maar ook in Afrika.

Enkele kleinere, geschikte soorten:

• Kempvissen (Betta sp.) Een groep labyrintvissen uit Azië waarvan verschillende soorten bekend zijn. De meest bekende soort is wel de Siamese kempvis (Betta splendens), is wel één van de meest gekende en gehouden vissen in het aquarium over heel de wereld. Ze komen voor in tal van kleuren en variaties. Door de tijd heeft men meerdere mooie sluierstaart vormen gekweekt die het meest uitgesproken zijn bij de mannen. Het zijn schitterende vissen om in een klein aquarium (vanaf 10 liter) te houden. Ze zijn echter heel territoriaal en agressief tegenover soortgenoten en men kan dan ok slechts één mannetje per aquarium houden. Wil men een groepje met vrouwelijk dieren houden, dan kan dit in ee aquarium vanaf 50 liter.
• Honing goerami (Trichogaster chuna), een kleine, tot 5 cm grote, afgeplatte vis die best in paren of in trio (1 man + 2 vrouw) in een beplant aquarium vanaf 30 liter gehouden kan worden. Vooral de gele en rode kweekvorm zijn een lust voor het oog.
• Dwerg goerami (Trichogaster lalius), een afgeplatte, tot 8 cm grote vis met iridiserede kleuren in oranje rood en zilver blauw. Best gehouden in paren of in trio (1 man + 2 vrouw) in een beplant aquarium vanaf 50 liter.

Dwerg cichliden

Ook in beplante aquaria van beperkte afmetingen (min. 40 liter) is het mogelijk bepaalde dwerg cichliden te houden, dikwijls samen met andere soorten zoals Tetra’s en zalmen.

Enkele geschikte soorten:

• Papegaaivis (Mikrogeophagus sp.), een tot 4.5 cm grote dwerg cichlide uit zuid Amerika, die daar in rivieren voorkomt. Het zijn rustige vissen die wel een territorium afbakenen wanneer er een paar gevormd is, maar niet echt agressief is tegenover andere medebewoners. Tegenwoordig zijn iriserende blauwe en gele, net als lang vinnige varianten verkrijgbaar.
• Apisto’s (Apistogramma sp.), een groep, tot 7.5 cm grote dwerg cichliden uit zuid Amerika, die in rivieren leeft en in verschillende kleurvariaties voorkomt. Het zijn rustige vissen die wel een territorium afbakenen wanneer er een paar gevormd is, maar niet echt agressief is tegenover andere medebewoners.

Dwerg kogelvissen

Kogelvissen behoren tot de zogenaamde “schubloze” vissoorten en hebben een leerachtige huid. Ze hebben een ook een vergroeiing aan de onder en boven kaak, waardoor het lijkt alsof ze tanden hebben. Deze “tanden” worden gebruikt om de schelp van slakken te verbrijzelen zodat ze deze kunnen verorberen. Het zijn leuke, doch gespecialiseerde eters, die zich voeden met insecten larven (muggenlarven), slakken en garnaalachtigen.

De meest gehouden soort is:

• Malabar dwerg kogelvis (Carinotetraodon travancorius),is de kleinst bekende soort en wordt slechts 2.5 cm ze worden veelvuldig in het aquarium gehouden en ook gekweekt. Ze kunnen alleen gehouden worden in beplante nano aquaria vanaf 30 liter of in groep, vanaf 60 liter. Let wel, ze kunnen agressief zijn tegenover soortgenoten en andere medebewoners. Vooral vissen met sluierstaarten kunnen beschadigd worden. Ze voeden zich met kleine slakjes en diepgevroren muggenlarven in gevangenschap. Droogvoer wordt niet gegeten.

Algeneters

Vooral bij het opstarten van een aquarium heeft men nogal eens last van (beperkte) algenvorming in het aquarium en op de planten.

Er bestaan kleine algen etende vissoorten die hierbij kunnen worden ingezet om de algen onder controle te houden

Enkele voorbeelden:

• Oto’s (Otocinclus sp.), een familie van kleine algen etende soorten, afkomstig uit Zuid Amerika. Ze eten de meeste groene algen (geen baardalgen) en houden uw aquarium planten en ruiten vrij netjes. De soorten varieren in grootte tussen 3 en 5.5 cm. Ze worden best in kleine groepjes van 5 of meer gehouden. Ze zijn niet agressief tegenover andere vissen.
• Ancistrus (Ancistrus sp.), een groep kleine tot middelgrote, overwegend algen etende olijfgroen-bruine vissen, die ook overtollig voer in het aquarium opruimen. Het zijn schemerings- en nacht actieve soorten, die overdag meestal in een schuilplaats rusten. Ze zijn afkomstig van midden en zuid Amerika. In grootte variëren ze tussen 9 en 15 cm. Van enkele soorten zijn ondertussen ook albino ,gele en oranjerode kleurmutaties gekweekt, alsook langvinige varianten. De mannetjes van de verschillende soorten vertonen bij het volwassen worden een “baard” boven de mond. Ze kunnen in kleine groepjes gehouden worden in beplante aquaria vanaf 60 liter. Mannetjes verdedigen hun territorium tegen andere soortgenoten.